Páginas

viernes, 25 de febrero de 2022

Homoseksualiteit


Symbool voor mannelijke homoseksualiteit


Symbool voor vrouwelijke homoseksualiteit

Homoseksualiteit is seksualiteit tussen mensen van hetzelfde geslacht. Deze term verwijst dus enerzijds naar seksuele verlangens naar mensen van hetzelfde geslacht, alsook anderzijds naar een seksuele geaardheid die zich kenmerkt door een romantisch of seksueel verlangen naar mensen van de eigen sekse.


De exacte oorzaak van seksuele oriëntatie is niet bekend, maar vermoed wordt dat ze voortkomt uit een complex samenspel van genetische, hormonale en omgevingsafhankelijke invloeden.[1][2][3] In de loop van de geschiedenis zijn veel theorieën over de oorzaak van seksuele geaardheid voorgesteld, maar tot dusver wordt geen hiervan breed geaccepteerd. Desondanks zijn er sterke aanwijzingen dat niet-sociale, biologische oorzaken van groot belang zijn bij de totstandkoming van de seksuele oriëntatie.[4][5] Er is geen bewijs voor het idee dat opvoeding of ervaringen uit de vroege jeugd hierbij een rol spelen.[1]


De term homoseksualiteit wordt vaak synoniem gebruikt voor mannelijke homoseksualiteit, mede omdat ook vanuit de geschiedschrijving de nadruk op homoseksualiteit tussen mannen ligt.[6] Een vrouw met romantische en seksuele voorkeur voor andere vrouwen wordt doorgaans lesbisch genoemd en de voorkeur zelf heet ook wel lesbianisme.


Hoewel homoseksualiteit van alle tijden is, werd en wordt het in veel culturen afgekeurd, waardoor homoseksuelen slachtoffer zijn geworden van achterstelling, discriminatie of zelfs vervolging. Sinds de 19e eeuw hebben in de westerse wereld homo's en lesbiennes zich hiervan proberen te bevrijden door middel van een emancipatiebeweging die in diverse landen veel van haar doelstellingen heeft weten te realiseren. Daarnaast is er een kleine, maar kenmerkende homocultuur ontstaan.


Homoseksueel gedrag is bij meer dan 1.500 diersoorten geconstateerd.[7]


Terminologie

De term "homoseksualiteit" is een hybride samenstelling van het Griekse ὅμοιος (homoios), dat "gelijk" betekent, en sexus, Latijn voor "geslacht". "Homo-seksueel" wordt dan het best vertaald met "gelijk-geslachtelijk" (vergelijk de hybride samenstelling "auto-mobiel", van Grieks αυτο: "zelf" en Latijns mobilis: "bewegend"). De veel gebruikte afkorting homo is dus een Griekse ontlening en heeft derhalve etymologisch niets uit te staan met Latijns homo ("mens", zoals in "homo sapiens": "de denkende mens", in de paleontologie).


Het woord 'homoseksueel' werd bedacht door de Hongaarse journalist Karl Maria Kertbeny in 1869. Seksuele voorkeur voor de andere sekse wordt sinds het begin van de twintigste eeuw heteroseksualiteit genoemd. Aantrekking tot beide seksen (in meer of mindere mate) heet biseksualiteit. Deze woorden worden ook nog weleens foutief gespeld als "homo-, hetero-, en bisexueel", dus met -x- in plaats van met -ks-.[8]


Voor het verlangen van man of vrouw naar een geslachtsgenoot, maar niet speciaal een seksuele gedraging, wordt ook wel de term homofilie gebruikt. Dit woord werd in 1949 door het COC geïntroduceerd en gold tot in de jaren zeventig als meer beschaafd, maar tegenwoordig wordt 'homofiel' doorgaans als denigrerend ervaren. Iemand die louter sociale contacten met mensen van hetzelfde geslacht verkiest noemt men homosociaal.


In Vlaanderen, maar ook wel in Nederland is sinds midden jaren 90 het assemblagewoord 'holebi' (homo, lesbisch of bi) in opmars, ook in samenstellingen: holebiseksueel, holebiseksualiteit. Internationaal vat men de verschillende niet-heteroseksuele voorkeuren doorgaans samen met de Engelstalige afkorting LGBT (lesbian, gay, bisexual, transgender), hoewel transgenders niet noodzakelijk homoseksueel zijn.


Binnen de medische wetenschap wordt de term mannen die seks hebben met mannen (MSM) en vrouwen die seks hebben met vrouwen (VSV) gehanteerd. De term wordt gebruikt om iemands seksuele gedrag te beschrijven, onafhankelijk van de seksuele identiteit.[9]


Andere aanduidingen

Voor homoseksuele mannen bestaan in de Nederlandse taal verschillende woorden:


Flikker: Nederlands scheldwoord voor homoseksuele mannen, ook wel als geuzennaam gebruikt

Gay: uit het naoorlogse Engels overgenomen term. Heeft in het Nederlands een meer eufemistische en trendy klank

Homosueel: door Gerard Reve bedacht eufemisme

Hotero: door Jan Rot gepopulariseerde term voor homo en hetero samen

Jeannet: scheldwoord voor (verwijfde) homo in Vlaanderen

Mietje: scheldwoord voor een vermeend slappe en zwakke homoseksuele man, afgeleid van sodomie

Nicht: in Nederland geaccepteerde benaming tussen homo's onderling, maar vaak afkeurend bedoeld door buitenstaanders. Samenstellingen met dit woord zijn onder meer: leernicht, Reguliersnicht, relnicht en roddelnicht.

Poot: scheldwoord voor homo's, wat terugkomt in potenrammen en broodpoot.[10]

Utrechtenaar: ouderwets scheldwoord in Nederland voor homoseksuele man.

Voor homoseksuele vrouwen bestaan de woorden:


Lesbische vrouw: nu gangbare aanduiding voor homoseksuele vrouwen, 

----------

Homosexualidad


Símbolo de la homosexualidad masculina


Símbolo de la homosexualidad femenina

La homosexualidad es la sexualidad entre personas del mismo sexo. Este término se refiere así por un lado a los deseos sexuales por personas del mismo sexo, así como por otro lado a una naturaleza sexual que se caracteriza por un deseo romántico o sexual por personas del mismo sexo.


Se desconoce la causa exacta de la orientación sexual, pero se cree que se debe a una compleja interacción de influencias genéticas, hormonales y ambientales.[1] [2] [3] A lo largo de la historia se han propuesto muchas teorías sobre la causa de la orientación sexual, pero hasta el momento ninguna de ellas ha sido ampliamente aceptada. Sin embargo, existen fuertes indicios de que las causas biológicas no sociales son de gran importancia para establecer la orientación sexual [4] [5]. No hay evidencia de que la educación o las experiencias de la primera infancia desempeñen un papel.[1]


El término homosexualidad a menudo se usa como sinónimo de homosexualidad masculina, en parte porque la historiografía también enfatiza la homosexualidad entre hombres.[6] Una mujer con una preferencia romántica y sexual por otras mujeres se denomina comúnmente lesbiana y la preferencia en sí también se denomina lesbianismo.


Aunque la homosexualidad es de todos los tiempos, ha sido y es rechazada en muchas culturas, convirtiendo a los homosexuales en víctimas de discriminación, discriminación o incluso persecución. Desde el siglo XIX, los gays y lesbianas del mundo occidental han estado tratando de liberarse de esto a través de un movimiento de emancipación que ha logrado muchos de sus objetivos en varios países. Además, ha surgido una homocultura pequeña pero característica.


Se ha detectado comportamiento homosexual en más de 1500 especies animales [7].


Terminología

El término "homosexualidad" es una combinación híbrida del griego ὅμοιος (homoios), que significa "igual", y sexus, "género" en latín. Entonces, "homosexual" se traduce mejor como "del mismo sexo" (compárese con la composición híbrida "automóvil", del griego αυτο: "yo" y el latín mobilis: "mover"). La abreviatura de uso común homo es, por lo tanto, un préstamo griego y, por lo tanto, etimológicamente no tiene nada que ver con el latín homo ("hombre", como en "homo sapiens": "el hombre pensante", en paleontología).


La palabra "homosexual" fue acuñada por el periodista húngaro Karl Maria Kertbeny en 1869. La preferencia sexual por el otro sexo se denomina heterosexualidad desde principios del siglo XX. La atracción por ambos sexos (en mayor o menor medida) se denomina bisexualidad. Estas palabras a veces también se escriben mal como "homo-, hetero- y bisexual", así que con -x- en lugar de -ks-.[8]


Para el deseo de un hombre o una mujer por una pareja sexual, pero no específicamente un comportamiento sexual, también se utiliza el término homofilia. Esta palabra fue introducida por el COC en 1949 y se consideró más civilizada hasta la década de 1970, pero hoy 'gay' generalmente se percibe como denigrante. Alguien que elige contactos puramente sociales con personas del mismo sexo se llama homosocial.


En Flandes, pero también en los Países Bajos, la palabra ensambladora 'holebi' (gay, lesbiana o bi) ha ido en aumento desde mediados de la década de 1990, también en composiciones: holebisexual, holebisexuality. A nivel internacional, las diversas preferencias no heterosexuales suelen combinarse con la abreviatura inglesa LGBT (lesbiana, gay, bisexual, transgénero), aunque las personas transgénero no son necesariamente homosexuales.


En la ciencia médica, se utiliza el término hombres que tienen sexo con hombres (HSH) y mujeres que tienen sexo con mujeres (VSV). El término se utiliza para describir el comportamiento sexual de alguien, independientemente de su identidad sexual.[9]


Otras indicaciones

Hay varias palabras para los hombres homosexuales en el idioma holandés:


Flicker : palabrota holandesa para hombres homosexuales, también se usa como apodo

Gay: término tomado del inglés de posguerra. Tiene un sonido más eufemístico y moderno en holandés.

Homosexual: Gerard Reve inventa el eufemismo

Hotero: Jan Rot 'popularizó el término para gay y heterosexual juntos

Jeannet: palabrota para gay (viudo) en Flandes

Mietje: palabrota para un hombre gay supuestamente débil y débil, derivado de la sodomía

No: aceptado en los Países Bajos entre homosexuales mutuamente, pero a menudo con la intención de desaprobación de los extraños. Las composiciones con esta palabra incluyen: tuerca de cuero, tuerca regular, tuerca de riel y tuerca de canaleta.

Pierna: palabrota para gays, que vuelve en carneros de pierna y pierna de pan.[10]

Utrechtenaar: palabrotas pasadas de moda en los Países Bajos para hombres homosexuales.

Para las mujeres homosexuales, las palabras son:


Mujer lesbiana: ahora un término común para las mujeres homosexuales,

---------


ook door henzelf

Lesbienne: verouderde term voor homoseksuele vrouwen en destijds gebruikt als tegenhanger van homo(seksueel). (Vergelijk de in onbruik geraakte aanduiding homofiel)

Lesbo: steeds vaker voorkomende afkorting van lesbienne, met een wat stoerdere klank, ook als tegenhanger van homo

Pot: van lollepot afgeleid scheldwoord voor lesbiennes, maar door hen zelf ook als geuzennaam gebruikt

Tribade: ouderwets woord voor homoseksuele vrouw

Daarnaast bestaan er in de seksuele volkstaal nog een aantal (scheld)woorden voor homoseksuelen en homoseksualiteit.


Algemeen


Een lesbisch stel in Zuid-Afrika


Een homoseksueel stel kijkt samen een film

Percentages

Mensen met een min of meer sterke homoseksuele voorkeur en activiteiten vormen een minderheid van de totale bevolking. In de afgelopen eeuw is de grootte van deze minderheid geschat op waarden uiteenlopend van 1% en 37% van de bevolking, maar doordat het onderwerp nog steeds moeilijk ligt in de samenleving, is het moeilijk de aantallen in harde cijfers uit te drukken. In doorsnee lijken de onderzoekingen in zowel de Verenigde Staten als Europa aan te geven dat 10% of meer van de mensen ooit een homoseksueel contact heeft gehad, en dat 2% tot 5% van de mensen daar een sterke voorkeur voor heeft.


Een onderzoek door het Amerikaanse bureau Gallup uit 2012 gaf aan dat 3,4% van de volwassen Amerikanen zichzelf lgbt'er, oftewel homoseksueel, biseksueel, lesbisch of transgender noemt. Daarbij duiden niet-blanken, vrouwen en jongeren zich relatief wat vaker als zodanig aan.[11] Dit percentage steeg in 2016 naar 4,1% en naar 4,5% in 2018.[12] Uit een onderzoek uit 2002 bleek dat Amerikanen het percentage homoseksuelen veel te hoog inschatten, namelijk rond de 20%.[13] In 2018 was homoseksualiteit volgens 50% van de ondervraagden aangeboren, terwijl 30% dacht dat het voornamelijk door de omgeving en de opvoeding veroorzaakt wordt.[12]


Volgens het Australische onderzoeksbureau Roy Morgan Research beschouwde in 2018 4,1% van de mannen en 2,8% van de vrouwen in Australië zich als homoseksueel. Deze cijfers komen overeen met die uit Frankrijk waar 4,1% van de mannen en 2,6% van de vrouwen zichzelf alszodanig identificeerden. Uit het Australische onderzoek bleek dat deze cijfers per leefstijdscategorie sterk uiteenlopen: van de tieners beschouwt 4,6% zich als homoseksueel, van de twintigers 6,5%, van de dertigers 4,2%, van de veertigers 2,8% en bij mensen van 50 jaar en ouder is dat 1,7 procent.[14]


In België en Nederland wordt vaak gezegd dat één op de tien inwoners in meer of mindere mate homoseksueel is. Dit cijfer komt echter uit het Amerikaanse Kinsey report uit 1948 en werd sindsdien vooral door de homobeweging gebruikt. Nederlands onderzoek in de jaren zestig gaf een resultaat van 5% overwegend homoseksuele respondenten. Uit een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau uit 2012 blijkt dat grofweg 4% van de mannen en 3% van de vrouwen zich als homoseksueel, resp. lesbisch identificeert. Als biseksueel betitelen zich 3% van de mannen en eveneens 3% van de vrouwen, terwijl 10% van de mannen en 12% van de vrouwen aangaven dat zij één of meerdere keren seks hebben gehad met mensen van het eigen geslacht.[15]


In grote steden wonen vaak relatief meer homoseksuelen. Zo bleek in 2009 dat in Amsterdam tussen de 10% en 11% van de mannen van 18 jaar en ouder homoseksueel is en tussen de 3 en 4% van de vrouwen lesbisch. Van de mannen tussen 30 en 34 jaar woonde 11,7% samen met een man en was 5,9% van de vrouwen samenwonend met een vrouw.[16]


Uit het Nederlands Autisme Register 2017 van de Vrije Universiteit Amsterdam blijkt dat homoseksualiteit onder mensen met autisme vaker voorkomt, namelijk bij 9% van de mannen en 5% van de vrouwen. Ook biseksualiteit komt onder mensen met autisme vaker voor. De oorzaak hiervoor is niet bekend, wel dat het voor deze mensen vaak extra complex is, onder meer als het gaat om de coming-out.[17]


Homoseksuele gevoelens

Sommige mensen die over het algemeen heteroseksueel zijn, kunnen bij gelegenheid gevoelens voor mensen van de eigen sekse hebben. Andersom is het ook zo dat veel mensen die zichzelf als homoseksueel zien of de voorkeur geven aan homoseksuele contacten, ook heteroseksuele contacten of zelfs langdurige heteroseksuele relaties hebben gehad. Veel homoseksuelen komen pas na een langjarig huwelijk 'uit de kast'. Traditioneel was het onderhouden van een heteroseksuele relatie voor homoseksuelen een methode om de werkelijke seksuele geaardheid voor de maatschappij te verbergen. In veel landen (bijvoorbeeld China en Egypte) werd en wordt seksuele activiteit met de eigen sekse oogluikend getolereerd als de persoon in kwestie wel trouwt en kinderen krijgt. Hij of zij geldt dan officieel nog steeds als hetero. Het is mogelijk dat dit met het toenemen van de acceptatie van homoseksualiteit in de maatschappij minder vaak zal voorkomen.


Homoseksueel gedrag

Anderzijds komt het voor dat personen met een heteroseksuele aanleg die geen


------------------


también por sí mismos

Lesbienne: término obsoleto para mujeres homosexuales y en ese momento se usaba como contraparte de gay (sexual). (Compare el término obsoleto gay)

Lesbo: abreviatura cada vez más común de lesbiana, con un sonido un poco más duro, también como contraparte de gay.

Pot : palabrota derivada de Lollipop para lesbianas, pero también utilizada por ellas como apodo

Tribade: palabra anticuada para mujer gay

Además, hay una serie de palabras (regañonas) para los homosexuales y la homosexualidad en la lengua vernácula sexual.


General


Una pareja de lesbianas en Sudáfrica


Una pareja gay viendo una película juntos

Porcentajes

Las personas con una preferencia y actividades homosexuales más o menos marcadas constituyen una minoría de la población total. En el siglo pasado, el tamaño de esta minoría se ha estimado en valores que oscilan entre el 1% y el 37% de la población, pero debido a que el sujeto aún es difícil de encontrar en la sociedad, es difícil expresar los números en cifras duras. . En promedio, las encuestas tanto en los Estados Unidos como en Europa parecen indicar que el 10 % o más de las personas han tenido contacto homosexual alguna vez, y que entre el 2 % y el 5 % de las personas tienen una fuerte preferencia por este.


Un estudio de 2012 de la agencia estadounidense Gallup indicó que el 3,4% de los estadounidenses adultos se autodenominan LGBT, u homosexuales, bisexuales, lesbianas o transgénero. Los no blancos, las mujeres y los jóvenes se refieren a esto con relativa frecuencia.[11] Este porcentaje aumentó a 4,1% en 2016 y a 4,5% en 2018. [12] Un estudio de 2002 encontró que los estadounidenses sobrestiman el porcentaje de homosexuales, que ronda el 20 %.[13] En 2018, según el 50% de los encuestados, la homosexualidad era congénita, mientras que el 30% pensaba que se debía principalmente al medio ambiente y la educación[12].


Según la firma de investigación australiana Roy Morgan Research, en 2018 el 4,1 % de los hombres y el 2,8 % de las mujeres en Australia se consideraban homosexuales. Estas cifras son similares a las de Francia, donde el 4,1% de los hombres y el 2,6% de las mujeres se identificaron como tales. La encuesta australiana mostró que estas cifras varían mucho según la categoría de edad: de los adolescentes, el 4,6% se considera homosexual, de los veinte 6,5%, de los treinta 4,2%, de los cuarenta 2,8% y en personas de 50 años y más, es decir 1,7 por ciento [14]


En Bélgica y los Países Bajos se suele decir que uno de cada diez habitantes es más o menos homosexual. Sin embargo, esta cifra proviene del informe American Kinsey de 1948 y ha sido utilizada principalmente por el movimiento gay desde entonces. La investigación holandesa en la década de 1960 dio como resultado un 5% de encuestados predominantemente homosexuales. Un informe de la Oficina de Planificación Social y Cultural de 2012 muestra que aproximadamente el 4% de los hombres y el 3% de las mujeres se consideran homosexuales, resp. lesbiana se identifica. El 3% de los hombres y también el 3% de las mujeres se consideran bisexuales, mientras que el 10% de los hombres y el 12% de las mujeres afirman haber tenido relaciones sexuales con personas del mismo sexo una o más veces[15].


En las grandes ciudades, a menudo viven relativamente más homosexuales. Por ejemplo, en 2009 se encontró que en Amsterdam entre el 10% y el 11% de los hombres mayores de 18 años son homosexuales y entre el 3 y el 4% de las mujeres son lesbianas. De los hombres entre 30 y 34 años, el 11,7% vivía con un hombre y el 5,9% de las mujeres vivía con una mujer[16].


El Registro de Autismo Holandés 2017 de la Vrije Universiteit Amsterdam muestra que la homosexualidad es más común entre las personas con autismo, concretamente en el 9% de los hombres y el 5% de las mujeres. La bisexualidad también es más común entre las personas con autismo. No se sabe la razón de esto, pero a menudo es más complejo para estas personas, incluso cuando se trata de salir del armario [17].


sentimientos homosexuales

Algunas personas que son generalmente heterosexuales pueden ocasionalmente tener sentimientos por personas de su mismo sexo. Por el contrario, muchas personas que se ven a sí mismas como homosexuales o prefieren los contactos homosexuales también han tenido contactos heterosexuales o incluso relaciones heterosexuales a largo plazo. Muchos homosexuales sólo 'salen del armario' después de un largo matrimonio. Tradicionalmente, mantener una relación heterosexual para homosexuales ha sido un método para ocultar la verdadera orientación sexual de la sociedad. En muchos países (por ejemplo, China y Egipto), la actividad sexual con personas del mismo sexo era y es tolerada cuando la persona en cuestión se casa y tiene hijos. Él o ella todavía se considera oficialmente un hetero. Es posible que esto ocurra con menos frecuencia con el aumento de la aceptación de la homosexualidad en la sociedad.


Comportamiento homosexual

Por otro lado, sucede que las personas con aptitud heterosexual que no


---------


 niet als zodanig geschrapt hoeven te worden, maar wel scherpere criteria behoeven.[bron?]


Outing/Uit de kast komen


Mister Gay Italia 2003

 Zie ook de artikelen Outing en Uit de kast komen over dit onderwerp

Omdat homoseksualiteit nog altijd niet algemeen geaccepteerd is, blijft het voor veel homo's moeilijk om hun geaardheid te delen met de buitenwereld. Er zijn homo's die hun geaardheid hun leven lang geheim houden of zelfs ontkennen. Er zijn ook homo's die trouwen met iemand van de andere sekse en kinderen krijgen. In veel landen maakt de wet en de heersende mentaliteit het onmogelijk voor homoseksuelen om hun geaardheid openbaar te maken. Bijna elke homo draagt zijn of haar geaardheid een korte of langere periode als geheim met zich mee. Daarom wordt het delen van dat geheim met de omgeving "uit de kast komen" genoemd: de homo opent de deuren en laat zichzelf zien aan de buitenwereld.


Het hoe en wanneer uit de kast komen is voor iedere homo anders. Ten eerste moet de persoon voor zichzelf duidelijk hebben wat zijn of haar geaardheid is. Dit kan al duidelijk zijn in de kinderjaren, maar sommigen weten dat pas als ze allang volwassen zijn. Er zijn ook mensen die er tijdens een huwelijk met een partner van de andere sekse achter komen. Soms heeft de omgeving al een vermoeden nog voordat de homo zelf overtuigd is van zijn geaardheid.


Dan is er natuurlijk nog de angst voor hoe de omgeving zal reageren. Met name de opvattingen van goede vrienden en directe familie kan enorm belemmerend werken voor het uit de kast komen. En bij jongeren speelt de angst mee buiten de groep te vallen. In steden zal men over het algemeen begripvoller reageren dan op het platteland. Niet alleen omdat stedelingen doorgaans progressievere opvattingen hebben, maar ook omdat er in de steden een grotere diversiteit van mensen is, waardoor het 'normaler' is. Op het platteland is homoseksualiteit minder gewoon en dus maakt dat het lastiger om uit de kast te komen. Meestal vertelt de homo het voor het eerst aan de familie, gevolgd door de beste vrienden en collega's.


Deels uit de kast komen is ook mogelijk. Een homo kan ervoor kiezen om het alleen aan vertrouwelingen te vertellen en niet aan bijvoorbeeld collega's. Dit neemt wel een risico met zich mee dat een vertrouweling per ongeluk of expres het geheim doorvertelt. Meestal zijn homo's erg opgelucht nadat ze uit de kast zijn gekomen. Want of de omgeving het accepteert of niet, de homo hoeft dan geen geheim meer met zich mee te dragen. Alleen dat idee al is bevrijdend.


Religieuze bezwaren

Homoseksueel gedrag wordt niet door iedereen geaccepteerd. Onder andere diverse religieuze richtingen wijzen homoseksualiteit als zondig af. In meerdere landen en culturen heeft dit ertoe geleid dat homoseksualiteit daar als een misdaad wordt beschouwd. Deze zienswijze levert voor de betreffende overheden ernstige kritiek op van de internationale gemeenschap in verband met het schenden van mensenrechten.


Christendom

 Zie Christendom en homoseksualiteit voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vele eeuwen lang hebben zowel de Rooms-Katholieke Kerk, de oosters-orthodoxe kerken als de meeste protestantse kerken op basis van de Bijbel een vijandige houding ingenomen tegenover met name homoseksuele handelingen van mannen. In de Bijbel staan enkele passages die seksuele handelingen tussen mensen van hetzelfde geslacht uitdrukkelijk verbieden of hekelen.[23] Over de interpretatie van deze (oude) teksten en hun toepasbaarheid voor mensen in een moderne samenleving wordt veel gediscussieerd.


Tegenwoordig wordt er binnen het christendom verschillend gedacht over homoseksualiteit. Sommige kerkgenootschappen zijn uiterst negatief over homoseksuele daden, maar in andere is homoseksualiteit geaccepteerd en kan een homohuwelijk worden ingezegend. Het standpunt van de Rooms-Katholieke Kerk (en ook vele protestantse) is dat mensen met een homoseksuele geaardheid met respect behandeld dienen te worden, maar dat dit geen goedkeuring van homoseksuele handelingen of het homohuwelijk mag inhouden.[24]


Als alternatief voor de officiële leer van de grote christelijke kerken is er binnen het kader van de bevrijdingstheologie ook een homotheologie gevormd, die zich bezighoudt met de vraag "Kunnen twee mensen van hetzelfde geslacht een toegewijde, liefdevolle relatie hebben met Gods zegen?" en die de Bijbel in dat licht probeert te interpreteren.


Jodendom

Ook joden die homoseksualiteit afwijzen doen dit vanuit een Bijbelse interpretatie dat God de mens als man en vrouw heeft geschapen en dat alleen deze beide binnen het huwelijk seksuele gemeenschap met elkaar mogen hebben. Tegenwoordig hebben de diverse synagogegemeenschappen zeer uiteenlopende opvattingen over acceptatie of afwijzing van homoseksualiteit.


Islam

 Zie Islam en homoseksualiteit voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Ook veel moslims wijzen homoseksueel gedrag af omdat dat in strijd zou zijn met het islamitisch geloof.


Homoseksualiteit in de oudhei


-----------

no es necesario eliminarlo como tal, pero sí un criterio más definido. [¿fuente?]


Salida / Salir del armario


Mister Gay Italia 2003

 Ver también los artículos Outing y Out of the Closet sobre este tema

Debido a que la homosexualidad aún no es ampliamente aceptada, sigue siendo difícil para muchos homosexuales compartir su disposición con el mundo exterior. Hay gays que mantienen su naturaleza en secreto toda la vida o incluso la niegan. También hay homosexuales que se casan con alguien del sexo opuesto y tienen hijos. En muchos países, la ley y la mentalidad imperante imposibilitan que los homosexuales revelen su naturaleza. Casi todos los hombres homosexuales llevan su naturaleza consigo durante un período de tiempo corto o largo como un secreto. Por eso compartir ese secreto con el entorno se llama "salir del armario": el hombre gay abre las puertas y se muestra al mundo exterior.


Cómo y cuándo salir del armario es diferente para cada hombre gay. Primero, la persona debe tener claro cuál es su naturaleza. Esto puede ser obvio en la infancia, pero algunas personas solo lo saben cuando son adultos. También hay personas que se enteran durante un matrimonio con una pareja del sexo opuesto. A veces, el entorno ya sospecha incluso antes de que el yo gay esté convencido de su naturaleza.


Luego, por supuesto, está el temor de cómo reaccionará el entorno. En particular, las percepciones de los buenos amigos y la familia inmediata pueden ser un gran obstáculo para salir del armario. Y en los jóvenes juega un papel el miedo a quedar fuera del grupo. En las ciudades, la gente generalmente reaccionará de manera más integral que en las áreas rurales. No solo porque los habitantes de las ciudades generalmente tienen puntos de vista más progresistas, sino también porque hay una mayor diversidad de personas en las ciudades, lo que lo hace 'normal'. En las zonas rurales, la homosexualidad es menos común y, por lo tanto, hace que sea más difícil salir del armario. Por lo general, el hombre gay se lo cuenta a la familia por primera vez, seguido de los mejores amigos y colegas.


Salir del armario también es posible. Un hombre gay puede optar por contárselo solo a sus confidentes y no a sus colegas, por ejemplo. Sin embargo, existe el riesgo de que un confidente diga accidental o explícitamente el secreto. Los gays suelen sentirse muy aliviados después de salir del armario. Porque tanto si el entorno lo acepta como si no, el hombre gay ya no tiene que llevar un secreto consigo. Esa sola idea es liberadora.


objeciones religiosas

El comportamiento homosexual no es aceptado por todos. Entre otras cosas, varias denominaciones religiosas rechazan la homosexualidad como un pecado. En varios países y culturas, esto ha llevado a que la homosexualidad sea considerada un delito. Esta visión suscita serias críticas por parte de la comunidad internacional a la comunidad internacional preocupada por las violaciones de los derechos humanos.


cristiandad

 Ver Cristianismo y Homosexualidad para el artículo principal sobre este tema.

Durante siglos, tanto la Iglesia Católica Romana, las Iglesias Ortodoxas Orientales y la mayoría de las iglesias protestantes basadas en la Biblia han adoptado una postura hostil hacia los actos homosexuales especialmente masculinos. La Biblia contiene algunos pasajes que explícitamente prohíben o desagradan los actos sexuales entre personas del mismo sexo.[23] Mucho se habla sobre la interpretación de estos (antiguos) textos y su aplicabilidad a las personas en una sociedad moderna.


Hoy en día, hay una visión diferente de la homosexualidad en el cristianismo. Algunas denominaciones son extremadamente negativas sobre los actos homosexuales, pero en otras se acepta la homosexualidad y se puede consagrar un matrimonio homosexual. La posición de la Iglesia Católica Romana (y también de muchos protestantes) es que las personas con naturaleza homosexual deben ser tratadas con respeto, pero que esto no debe incluir la aprobación de actos homosexuales o matrimonio homosexual.[24]


Como alternativa a la doctrina oficial de las grandes iglesias cristianas, también se ha formado una homoteología en el marco de la teología de la liberación, que aborda la pregunta "¿Pueden dos personas del mismo sexo tener una relación comprometida y amorosa con la bendición de Dios?" y que trata de interpretar la Biblia bajo esa luz.


judaísmo

Incluso los judíos que rechazan la homosexualidad lo hacen a partir de una interpretación bíblica de que Dios creó al hombre como hombre y mujer y que solo estos dos pueden tener relaciones sexuales dentro del matrimonio. Hoy en día, las diversas comunidades de sinagogas tienen puntos de vista muy diferentes sobre aceptar o rechazar la homosexualidad.


islam

 Ver Islam y Homosexualidad para el artículo principal sobre este tema.

Muchos musulmanes también rechazan el comportamiento homosexual porque sería contrario a la fe islámica.


La homosexualidad en la antigüedad

------------

d

 Zie ook de artikelen Pederastie en Homoseksualiteit in het Oude Rome over dit onderwerp


Chnoemhotep en Nianchchnoem, over wie gespeculeerd is dat dit het eerste bekende homoseksuele stel uit de geschiedenis zou zijn — 25e eeuw v.Chr.


Uitbeelding van een pederastische relatie: Erastes (links) en Eromenos kussen elkaar

In het oude Griekenland was seksualiteit niet gebonden aan algemene normen, maar gericht op de erkenning van de seksuele behoeften van de man. Naast strenge zedigheid (vooral een eis voor vrouwen) was er sprake van de grofste uitspattingen. Naast prostitutie kende men de zogenoemde pederastie, een liefdesrelatie, inclusief lichamelijke intimiteiten, tussen een oudere man en een adolescent. Vermoedelijk heeft deze vorm van seksualiteit zijn oorsprong in het soldatenleven. Pederastie werd veelal gesublimeerd tot een opvoedkundige relatie, waarbij de oudere man zijn jongere pupil morele en culturele waarden bijbracht, maar die ook diende als seksuele verstrooiing. Hoewel de meeste Grieken zowel relaties met vrouwen als met mannen hadden, waren er uitzonderingen op deze regel. Sommigen meden de verhouding met een vrouw, anderen die met een man.


Er bestaat bronnenmateriaal over het voorkomen van vergelijkbare seksuele relaties in de cultuur van andere volkeren uit de oudheid, zoals de Thraciërs, de Kelten en verscheidene Germaanse volkeren als de Heruli en de Taifali. Volgens Plutarchus was de gewoonte ook al lange tijd in gebruik bij de Perzen, hoewel zij die volgens Herodotus van de Grieken hadden geleerd.


Gelijktijdig met de praktijk bestond er zowel binnen als buiten de culturen waarin het voorkwam, weerstand tegen aspecten van de pederastie. Bij de Grieken heerste er in enkele steden een verbod op pederastie, terwijl er in andere steden, waaronder Sparta, mensen waren die alleen de niet-seksuele vorm toelaatbaar achtten. In de geschriften van Plato wordt een lagere waarde toegekend aan de geslachtelijke omgang met jongens die men beminde (deze omgang wordt ten slotte zelfs veroordeeld), terwijl de minnaar die zich beheerste en zich onthield van de seksuele handelingen werd verheerlijkt. Dit laatste noemt men platonische liefde.



Twee mannen en een vrouw tijdens seksuele interactie op een wandschildering uit Pompeii, rond 79 v.Chr.

In de Romeinse tijd ging de status van de pederastie als ritueel onderdeel van de opvoeding goeddeels teloor, een proces dat al was ingezet bij de Grieken. De Romeinen stelden de pederastie, die men beschouwde als een activiteit die primair werd gemotiveerd door seksuele begeerte, tegenover de begeerte voor een vrouw. Maatschappelijke acceptatie van pederastierelaties nam door de eeuwen heen nu eens af, dan weer toe. Conservatieve denkers veroordeelden het als een uitspatting. Veel Romeinse keizers hadden echter wel gelijkgeslachtelijke (meestal pederastische) seksuele contacten.


De opkomst van het christendom leidde ertoe dat pederastie werd onderdrukt, aangezien zij een van de centrale elementen vormde in een klassiek-heidense cultuur, die door de kerkvaders werd beschouwd als een hindernis bij hun bekeringsarbeid. Rechtvaardiging hiervoor werd ontleend aan het Oude Testament. De vroeg-christelijke keizers onderdrukten de pederastie fel, zoals ze dat ook deden met andere omgangsvormen uit de Grieks-Romeinse cultuur. Dit paste in hun beleid om het christendom op te leggen als staatsreligie. Zo verbood keizer Justinianus I in de 6e eeuw alle vormen van 'tegennatuurlijke ontucht', hoewel dit vooral bedoeld leek om vijanden uit de weg te ruimen, want de enige bekende slachtoffers waren twee prominente bisschoppen. Ook de joodse religie veroordeelde de sodomie en dit werd later overgenomen in de islam.


Vervolging van homoseksuelen

 Zie ook het artikel Homoseksualiteit in Rusland over dit onderwerp

Middeleeuwen

In het Oude Testament wordt ondubbelzinnig verklaard dat homoseksuele handelingen een 'gruwel' zijn in de ogen van God en dat personen die zich er schuldig aan maken gedood moeten worden. Iets anders is of dat ook altijd de geldende praktijk is geweest. Jezus Christus doet in het Nieuwe Testament weliswaar geen uitspraken over homoseksualiteit maar wijst er wel op dat de wet van God niet heeft afgedaan[25] en laat zich in het algemeen streng-orthodox uit, bijvoorbeeld op het terrein van de echtscheiding en de prostitutie. In de brief van Paulus aan de Romeinen wordt in hoofdstuk 1 een openlijke afkeuring uitgesproken.


Op basis van de Bijbel waren homoseksuele handelingen, die destijds sodomie genoemd werden, volgens de katholieke kerk een zonde. Deze dienden opgebiecht te worden, waarna men na het tonen van berouw een kerkelijke boetedoening en tijdelijke uitsluiting van deelname aan de eucharistie opgelegd kon krijgen. Van een door de wereldlijke autoriteiten opgelegde (dood)straf was aanvankelijk nog geen sprake.


Daarnaast was (platonische) liefde tussen twee mannen in de Middeleeuwen niet ongebruikelijk, en dit werd dan ook zelden met sodomie in verb

--------

D

 Véanse también los artículos Pederastia y homosexualidad en la antigua Roma sobre este tema


Chnoemhotep y Nianchchnoem, de quienes se ha especulado que son la primera pareja homosexual conocida en la historia: siglo 25 a.


Representación de una relación pederasta: Erastes (izquierda) y Eromenos se besan

En la antigua Grecia, la sexualidad no estaba sujeta a normas generales, sino que tenía como objetivo reconocer las necesidades sexuales de los hombres. Además de la estricta moralidad (especialmente un requisito para las mujeres), hubo los arrebatos más groseros. Además de la prostitución, existía la llamada pederastia, una relación amorosa, incluida la intimidad física, entre un hombre mayor y un adolescente. Es de suponer que esta forma de sexualidad tiene su origen en la vida militar. La pederastia a menudo se sublimaba en una relación educativa, en la que el hombre mayor enseñaba a su alumno más joven valores morales y culturales, pero que también servía como dispersión sexual. Aunque la mayoría de los griegos tenían relaciones tanto con mujeres como con hombres, había excepciones a esta regla. Algunos asocian la relación con una mujer, otros con un hombre.


Existe material de origen sobre la ocurrencia de relaciones sexuales similares en la cultura de otros pueblos de la antigüedad, como los tracios, los celtas y varios pueblos germánicos como los hérulos y los taifali. Según Plutarco, la costumbre había sido utilizada durante mucho tiempo por los persas, aunque según Heródoto, la habían aprendido de los griegos.


Simultáneamente con la práctica, tanto dentro como fuera de las culturas en las que existía, hubo resistencia a aspectos de la pederastia. Entre los griegos, la pederastia estaba prohibida en algunas ciudades, mientras que en otras ciudades, incluida Esparta, había personas que consideraban permisible solo la forma no sexual. Los escritos de Platón atribuyen un valor menor a las relaciones sexuales con los niños amados (estas relaciones sexuales finalmente incluso se condenan), mientras que glorifican al amante que controla y se abstiene de los actos sexuales. Este último se llama amor platónico.



Dos hombres y una mujer durante una interacción sexual en un mural de Pompeya, alrededor del 79 a.

En la época romana, se perdió en gran medida el estatus de la pederastia como parte ritual de la educación, un proceso que ya practicaban los griegos. Los romanos contrastaban la pederastia, que se consideraba una actividad motivada principalmente por el deseo sexual, con el deseo por una mujer. La aceptación social de las relaciones de pederastia ha disminuido a lo largo de los siglos y luego ha vuelto a aumentar. Los pensadores conservadores lo condenaron como un arrebato. Sin embargo, muchos emperadores romanos tenían contactos sexuales entre personas del mismo sexo (principalmente pederastas).


El surgimiento del cristianismo condujo a la supresión de la pederastia, ya que era uno de los elementos centrales en una cultura pagana clásica, que los Padres de la Iglesia consideraban un obstáculo para su trabajo de conversión. La justificación de esto se derivó del Antiguo Testamento. Los primeros emperadores cristianos reprimieron severamente la pederastia, como hicieron con otras formas de cultura grecorromana. Esto encajaba en su política de imponer el cristianismo como religión de Estado. Así, en el siglo VI, el emperador Justiniano I prohibió todas las formas de 'fornicación contra natura', aunque su objetivo principal era eliminar enemigos, ya que las únicas víctimas conocidas eran dos obispos destacados. La religión judía también condenó la sodomía y esto fue adoptado más tarde en el Islam.


Persecución homosexual

 Ver también el artículo Homosexualidad en Rusia sobre este tema.

Edades medias

El Antiguo Testamento declara inequívocamente que los actos homosexuales son una "abominación" a los ojos de Dios y que aquellos que los cometen deben ser asesinados. Algo es diferente o esa ha sido siempre la práctica actual. Aunque Jesucristo no hace afirmaciones sobre la homosexualidad en el Nuevo Testamento, sí señala que la ley de Dios no se ha apartado [25] y es generalmente estrictamente ortodoxa, por ejemplo en el campo del divorcio y la prostitución. En la carta de Pablo a los Romanos, el capítulo 1 expresa abierta desaprobación.


Según la Iglesia Católica, los actos homosexuales, entonces llamados sodomía, eran pecado. Estos debían ser confiscados, tras lo cual se podía imponer una penitencia eclesiástica y la exclusión temporal de la participación en la Eucaristía tras mostrar remordimiento. Inicialmente no hubo una sentencia (de muerte) impuesta por las autoridades mundiales.


Además, el amor (platónico) entre dos hombres en la Edad Media no era infrecuente, y rara vez ocurría con la sodomía en verbo.

------------


and gebracht. Vriendenparen van gelijk geslacht werden soms zelfs door de kerk gezegend en naast elkaar begraven. Een dergelijke bloedbroederschap had echter niet alleen een romantische kant, maar diende vaak ook als sociaal-economische zekerheid doordat beide vrienden elkaar bescherming beloofden.[26]


In de meeste Europese landen waren homoseksuele handelingen tot aan de 13e eeuw niet strafbaar. Dit veranderde als gevolg van de propaganda van de Kruistochten, waarin sodomie een politieke lading kreeg. Zo zou Mohammed als "vijand van de natuur" sodomie bevorderd hebben en zouden Saracenen bisschoppen verkrachten en christelijke jongens voor hun vleselijke lusten misbruiken. Daarna werd sodomie een standaardbeschuldiging tegen ketters en men sprak destijds ook wel van "de ketterij die mannen met elkaar bedreven".[27]


Homoseksueel gedrag, quam faciens tam patiens (zowel actief als passief), werd voor het eerst strafbaar gesteld in 1120 tijdens het lokale Concilie van Nablus in het Koninkrijk Jeruzalem. De straf was dood door de brandstapel, maar deze straf kon ontlopen worden door berouw te tonen. Werd iemand voor de tweede maal betrapt, dan was wederom berouw mogelijk, maar volgde wel verbanning uit het koninkrijk.[28] Hierdoor veranderde sodomie tussen 1250 en 1300 van een weliswaar zondige, maar meestal geen strafbare praktijk, tot iets waar bijna overal in Europa de doodstraf op kwam te staan. Voor zover bekend was messenmaker Jean de Wettre de eerste die om deze reden op 8 september 1292 in Gent op de brandstapel kwam.[29]



Executie van "sodomieten" — Zwitsers, rond 1483

Desondanks werd de strafbaarheid van homoseksuele handelingen aanvankelijk vooral ingezet als middel om vijanden te chanteren of te beschuldigen, zoals bij de moord op koning Eduard II van Engeland of de vernietiging van de Tempeliers door koning Filips IV van Frankrijk. Bovendien werden sodomieten doorgaans alleen aangepakt als dit tot sociale onrust leidde, bijvoorbeeld bij aanranding of verkrachting van kinderen. Rechtbanken hielden zich vaker bezig met buitenechtelijk geslachtsverkeer tussen man en vrouw, dan met seksuele handelingen tussen mannen onderling, mede omdat dat laatste niet tot buitenechtelijke kinderen kon leiden. Wegens sodomie werden in de 15e en 16e eeuw in Brugge 161 personen vervolgd, in Gent 65, in Brussel 36 en in Mechelen slechts 24.[30]


Als uitzondering hierop kwam het in bepaalde plaatsen en periodes soms wel tot een heftiger vervolging van homoseksuelen, bijvoorbeeld tijdens de late middeleeuwen in Spanje en Noord-Italië, waarbij honderden terechtstellingen plaatsvonden. Zo werd in de stad Florence, nadat daar door een pestepidemie het inwoneraantal van 120.000 geslonken was tot 40.000, in 1432 de commissie van de Officieren van de Nacht (Gli Ufficiali di Notte) ingesteld, die uitsluitend diende om sodomie te bestrijden. Als reden hiervoor vermoedt men de wil om de seksuele vrijheid van jonge mannen te beperken en ze tot een huwelijk aan te sporen. De straf voor sodomie was doorgaans slechts een geldboete, maar juist daardoor lukte het een bijna totalitaire greep op de zaak te krijgen. Hierdoor kwam aan het licht dat seksuele handelingen tussen jonge mannen zeer wijdverbreid waren en bij de alledaagse sociale omgang hoorden. De Officieren van de Nacht werden pas 70 jaar later, in 1502, weer opgeheven, nadat zij 17.000 personen hadden laten arresteren en 3000 daarvan hadden veroordeeld.[31]


16e - 18e eeuw

De strafbaarheid van sodomie werd voor het Heilige Roomse Rijk, waar destijds ook de Nederlanden toe behoorden, gecodificeerd in de Constitutio Criminalis Carolina (CCC). Deze strafwetgeving werd in 1532 door keizer Karel V uitgevaardigd en bleef geldig tot het eind van de 18e eeuw. Artikel 116 daarvan luidde (in moderne vertaling):


"Straf voor ontucht die tegen de natuur ingaat. Verder, wanneer een mens met een dier, een man met een man, een vrouw met een vrouw ontucht bedrijft, hebben zij het leven verspeeld en zullen zij naar algemeen gebruik met het vuur van het leven in de dood gebracht worden."

In Engeland werd sodomie verboden in de zogeheten Buggery Act van 1533, die door koning Hendrik VIII werd uitgevaardigd. Wie schuldig werd bevonden kon worden terechtgesteld door middel van ophanging en al zijn bezittingen konden worden geconfisqueerd. Hendrik VIII liet op basis van deze wet katholieke kloosterlingen terechtstellen en eigende zich hun kloostergoederen toe, vergelijkbaar met de manier waarop in de 14e eeuw de Tempelorde werd geliquideerd.[32] In Frankrijk werden sodomieten bij de eerste keer veroordeeld tot verlies van de testikels, bij de tweede keer tot verlies van het geslachtsdeel en bij de derde keer tot de dood door verbranding. Naar schatting werden tussen 1540 en 1700 in Europa zo'n 1600 mensen wegens sodomie veroordeeld.[33]



Plakkaat uit 1730, waarin tien mannen van sodomie beschuldigd worden en voor de rechtbank gedaagd worden.

Ondanks de strafbaarstelling bleef in het Heilige Roo


---------------

y trajo. Las parejas de parejas del mismo sexo a veces incluso fueron bendecidas por la iglesia y enterradas una al lado de la otra. Sin embargo, tal hermandad no solo tenía un lado romántico, sino que a menudo también servía como seguridad socioeconómica en el sentido de que ambos amigos se prometían protección [26].


En la mayoría de los países europeos, los actos homosexuales no eran punibles hasta el siglo XIII. Esto cambió como resultado de la propaganda de las Cruzadas, en las que se le dio a la sodomía una carga política. Por ejemplo, Mahoma como "enemigo de la naturaleza" habría promovido la sodomía, y los sarracenos habrían violado a obispos y abusado de niños cristianos por sus deseos carnales. Después de eso, la sodomía se convirtió en una acusación estándar contra los herejes, y en ese momento también se la denominó "la herejía que los hombres practicaban entre sí".[27]


El comportamiento homosexual, quam faciens tam patiens (tanto activo como pasivo), fue castigado por primera vez en 1120 durante el Concilio local de Naplusa en el Reino de Jerusalén. El castigo era la muerte en la hoguera, pero este castigo podía evitarse mostrando remordimiento. Si alguien era atrapado por segunda vez, el arrepentimiento era posible nuevamente, pero seguía el destierro del reino.[28] Como resultado, entre 1250 y 1300, la sodomía pasó de ser una práctica verdaderamente pecaminosa, pero generalmente no punible, a algo que se castigaba con la muerte en casi toda Europa. Por lo que se sabe, el cuchillero Jean de Wettre fue el primero en ir a la hoguera en Gante el 8 de septiembre de 1292 por este motivo [29].



Ejecución de "sodomitas" - Suiza, hacia 1483

Sin embargo, la criminalidad de los actos homosexuales se utilizó inicialmente principalmente como un medio para cantar o acusar a los enemigos, como en el asesinato del rey Eduardo II de Inglaterra o la destrucción de los templarios por el rey Felipe IV de Francia. Además, los sodomitas generalmente solo se abordaban si provocaban disturbios sociales, como el asalto o la violación de niños. Es más probable que los tribunales participen en relaciones sexuales ilícitas entre hombres y mujeres que en relaciones sexuales entre hombres, en parte porque estas últimas no pueden dar lugar a hijos ilegítimos. Por sodomía, 161 personas fueron perseguidas en Brujas en los siglos XV y XVI, en Gante 65, en Bruselas 36 y en Mechelen solo 24. [30]


Como excepción a esto, en ciertos lugares y períodos hubo a veces una persecución más violenta de los homosexuales, por ejemplo durante la Baja Edad Media en España y el norte de Italia, donde se llevaron a cabo cientos de ejecuciones. Así, en la ciudad de Florencia, después de que una epidemia de peste se tragara la población de 120.000 a 40.000 habitantes, en 1432 se creó el Comité de los Oficiales de la Noche (Gli Ufficiali di Notte), que servía exclusivamente para combatir la sodomía. La razón de esto es el presunto deseo de restringir la libertad sexual de los jóvenes y alentarlos a casarse. El castigo por sodomía solía ser solo una multa, pero fue precisamente por eso que logró tener un control casi totalitario del caso. Como resultado, quedó claro que los actos sexuales entre hombres jóvenes estaban muy extendidos y formaban parte de la interacción social cotidiana. Los Oficiales de la Noche no fueron reelegidos hasta 70 años después, en 1502, después de haber arrestado a 17.000 personas y condenado a 3.000 [31].


16 - siglo 18

El delito de sodomía fue codificado para el Sacro Imperio Romano Germánico, que en ese momento también pertenecía a los Países Bajos, en la Constitutio Criminalis Carolina (CCC). Este código penal fue aprobado por el emperador Carlos V en 1532 y permaneció vigente hasta finales del siglo XVIII. El artículo 116 del mismo dice (en traducción moderna):


"Castigo por fornicación que va contra la naturaleza. Además, cuando un hombre con un animal, un hombre con un hombre, una mujer con una mujer cometen fornicación, han desperdiciado sus vidas y generalmente las usarán con el fuego de la vida. ser puesto a muerte. "

En Inglaterra, la sodomía fue prohibida en la llamada Ley de sodomía de 1533, promulgada por el rey Enrique VIII. Cualquiera que fuera declarado culpable podía ser ejecutado en la horca y todas sus posesiones podían ser confiscadas. Enrique VIII hizo ejecutar a los monjes católicos sobre la base de esta ley y se apropió de sus propiedades monásticas, de forma similar a como se liquidó la Orden del Templo en el siglo XIV.[32] En Francia, los sodomitas fueron condenados por primera vez a la pérdida de los testículos, la segunda a la pérdida de los genitales y la tercera a muerte por quemadura. Se estima que 1.600 personas fueron condenadas por sodomía en Europa entre 1540 y 1700. [33]



Cartel de 1730, en el que diez hombres son acusados ​​de sodomía y llevados ante la justicia.

Pese a la criminalización permaneció en el Santo Rojo


----------------


mse Rijk het aantal terechtstellingen van homoseksuelen beperkt tot een klein aantal gevallen. Zo werden in Pruisen tussen 1700 en 1730 twaalf mannen ter dood gebracht op basis van artikel 116 van de CCC, waarvan negen wegens ontucht met dieren en slechts drie wegens seksuele handelingen met mannen. De doodstraf werd in deze gevallen voltrokken door onthoofding en aansluitende verbranding van de lijken.


In de Zuidelijke Nederlanden was het aantal openbare terechtstellingen van sodomieten na 1600 sterk afgenomen. Na het geruchtmakende proces tegen de befaamde beeldhouwer Hiëronymus Duquesnoy in 1654 was Nicolaes Godtgast in 1658 de laatste persoon die hier wegens sodomie op de brandstapel eindigde. De oorzaak voor deze daling is niet bekend, maar het is mogelijk dat men in heksen een nieuwe zondebok had gevonden: hun vervolging nam in de 17e eeuw sterk toe. De weinige sodomieprocessen die nog gevoerd werden vonden in het geheim plaats, en om de indruk te wekken dat deze zonde was uitgeroeid werd doorgaans ook van publieke terechtstelling afgezien. Voor het reguleren van de moraal werd de individuele biecht bij een priester effectiever geacht.[34]


Daarentegen was er in Spanje en de Spaanse koloniën in de Nieuwe Wereld in de 17e eeuw juist een recordaantal terechtstellingen van sodomieten. In Frankrijk werd vanaf het eind van de 17e eeuw terechtstelling middels de brandstapel vervangen door een gevangenisstraf of verbanning. Sodomieten werden sindsdien echter wel versterkt in de gaten gehouden door de politie, die daarvoor o.a. veroordeelde sodomieten strafvermindering beloofde wanneer zij hun soortgenoten aangaven. In 1725 zou Parijs op zo'n 500.000 inwoners ongeveer 20.000 sodomieten hebben geteld. Doordat overheden zich terughoudender opstelden, konden zich met name in de 18e eeuw ontmoetingsplaatsen, bovenlokale netwerken, een subtiele subcultuur en de aanzet tot een eigen identiteit van sodomieten ontwikkelen.[35]


In Londen en in de Republiek der Verenigde Nederlanden kwam het in de 18e eeuw tot een grootschaliger vervolging van homoseksuelen. In de Republiek speelde dit in de jaren 1730-1731, toen tijdens de Utrechtse homoseksuelen-affaire een circuit van sodomieten werd opgerold. Zeker twaalf mannen werden geëxecuteerd en vervolgens spoelde een golf van homofobie over de Republiek. In Den Haag werden 73 processen voor de plaatselijke rechtbank en voor het Hof van Holland gevoerd. De meeste sodomieten werden bij verstek veroordeeld tot levenslange verbanning. Veertien werden geëxecuteerd en één pleegde zelfmoord tijdens zijn vlucht.


Dezelfde golf leidde tot 44 processen in Amsterdam, waarvan er 6 op executie en één op zelfmoord uitdraaiden.[36] Ten slotte werd een climax bereikt in een reeks processen in het Groninger dorpje Faan, dat uitliep op de executie van tweeëntwintig mannen die door Rudolf de Mepsche van sodomie beschuldigd waren. Dat tijdens deze processen zoveel gevallen van sodomie aan het licht kwamen werd door tijdgenoten gezien als een gevolg van zedenverval en verlies van deugden als eenvoud en spaarzaamheid. Daardoor kon de Republiek worden aangetast met deze "besmettelijke ziekte" die samen met andere uitingen van decadentie uit Italië moest zijn gekomen.[37]


In de Republiek vond de laatst bekende terechtstelling wegens sodomie plaats in 1803 in Schiedam.[38] Wie naar de Zuidelijke Nederlanden wist te vluchten was daar "vrij" - er werden gedurende de 18e eeuw nog wel zo'n 10 onderzoeken ingesteld, die doorgaans zeer grondig waren, maar nog maar zelden tot een veroordeling leidden.[39]


19e en 20e eeuw


Jongemannen vermaken zich met elkaar — China, Tsj'ing-dynastie, eind 19e eeuw

Als gevolg van de Verlichting vond men dat wetten niet meer op religieuze denkbeelden gebaseerd mochten zijn. Zodoende werd de dood door de brandstapel afgeschaft, al bleef men homoseksuele handelingen nog wel als tegennatuurlijk zien. Na de Franse Revolutie was sodomie niet langer strafbaar en dit werd bevestigd in het nieuwe Franse wetboek van strafrecht, de Code Pénal van 1810, die in 1811 ook in de Noordelijke Nederlanden werd ingevoerd. Hoewel de doodstraf was afgeschaft konden homoseksuele handelingen echter nog wel bestraft worden wegens "schennis van de openbare eerbaarheid", danwel wegens aanranding of verkrachting van een minderjarige. Het verlaagde de drempel voor vervolging en bestraffing van homoseksuelen door de politie aanzienlijk.[40][41]


De Franse wetgeving werd overgenomen in landen als Nederland, België, Luxemburg, Beieren, Italië, Spanje en Portugal. Hiermee bevond het protestantse Nederland zich in gezelschap van louter katholieke landen waar homoseksuele handelingen tussen volwassen mannen voortaan toegestaan waren. In de andere protestantse landen, met name Pruisen en Engeland, bleef de strafbaarheid namelijk bestaan. Zo werden vanaf 1805 in Engeland en Wales nog 55 mannen wegens sodomie opgehangen, alvorens in 1835 de doodstraf door een gevangenisstraf vervangen werd. Door dit versch


------------


mse Rich el número de ejecuciones de homosexuales se limita a un pequeño número de casos. Así, en Prusia entre 1700 y 1730, doce hombres fueron asesinados en base al artículo 116 del CCC, nueve de los cuales fueron por fornicación con animales y sólo tres por actos sexuales con hombres. La pena de muerte se ejecutaba en estos casos mediante la decapitación y posterior cremación de los cadáveres.


En el sur de los Países Bajos, el número de ejecuciones públicas de sodomitas se redujo drásticamente después de 1600. Después del sonado juicio contra el famoso escultor Hieronymus Duquesnoy en 1654, Nicolaes Godtgast fue la última persona que terminó aquí en 1658 debido a la sodomía. Se desconoce el motivo de este declive, pero es posible que se encontrara en las brujas un nuevo chivo expiatorio: su persecución aumentó considerablemente en el siglo XVII. Los pocos juicios por sodomía que aún se estaban llevando a cabo se llevaron a cabo en secreto y, para dar la impresión de que este pecado había sido erradicado, generalmente también se prescindió de la ejecución pública. Para regular la moral, se consideraba más eficaz la confesión individual de un sacerdote[34].


En contraste, en España y las colonias españolas en el Nuevo Mundo en el siglo XVII, hubo un número récord de ejecuciones de sodomitas. En Francia, desde finales del siglo XVII, la ejecución por medio del fuego fue sustituida por el encarcelamiento o el exilio. Desde entonces, los sodomitas han sido vigilados de cerca por la policía, que, entre otras cosas, ha los sodomitas condenados prometían una reducción del castigo cuando denunciaban sus conspiraciones. Para 1725, París habría contado con unos 20.000 sodomitas por unos 500.000 habitantes. Con la moderación de los gobiernos, los lugares de reunión, las redes de superestructuras, una subcultura sutil y el ímpetu de las identidades de los sodomitas, en particular, se desarrolló en el siglo XVIII.[35]


En Londres y en la República de los Estados Unidos, hubo una persecución generalizada de los homosexuales en el siglo XVIII. Esto tuvo lugar en la República en los años 1730-1731, cuando se enrolló un circuito de sodomitas durante el asunto homosexual de Utrecht. Al menos doce hombres fueron ejecutados y luego una ola de homofobia se extendió por toda la República. En La Haya, se presentaron 73 casos ante el tribunal local y el Tribunal de Holanda. La mayoría de los sodomitas fueron condenados a cadena perpetua por defecto. Catorce fueron ejecutados y uno se suicidó durante su huida.


La misma ola condujo a 44 juicios en Amsterdam, 6 de los cuales resultaron en ejecución y uno en suicidio.[36] Finalmente, se alcanzó un clímax en una serie de juicios en el pueblo de Faan en Groninger, que resultó en la ejecución de veintidós hombres acusados ​​por Rudolf de Mepsche de sodomía. Que durante estos procesos salieran a la luz tantos casos de sodomía fue visto por los contemporáneos como consecuencia de la decadencia moral y la pérdida de virtudes como la sencillez y la economía. Esto permitió que la República se viera afectada por esta "enfermedad contagiosa" que, junto con otras manifestaciones de la decadencia, debió provenir de Italia[37].


En la República, la última ejecución conocida por sodomía tuvo lugar en 1803 en Schiedam.[38] Cualquiera que lograra escapar al sur de los Países Bajos era "libre" allí: durante el siglo XVIII se iniciaron unas 10 investigaciones, que generalmente eran muy exhaustivas, pero rara vez conducían a una condena.[39]


Siglo XIX y XX


Jóvenes divirtiéndose juntos - China, dinastía Qing, finales del siglo XIX

Como resultado de la Ilustración, se consideró que las leyes ya no podían basarse en creencias religiosas. Por lo tanto, se abolió la muerte en la hoguera, aunque los actos homosexuales todavía se consideraban antinaturales. Después de la Revolución Francesa, la sodomía ya no era punible y esto se confirmó en el nuevo Código de Procedimiento Penal francés, el Code Pénal de 1810, que también se introdujo en los Países Bajos del Norte en 1811. Aunque se abolió la pena de muerte, los actos homosexuales todavía podían castigarse por "violar el honor público" o por agredir o violar a un menor. Redujo significativamente el umbral para el enjuiciamiento policial y el castigo de los homosexuales.[40] [41]


La legislación francesa se transpuso a países como los Países Bajos, Bélgica, Luxemburgo, Baviera, Italia, España y Portugal. Con esto, los Países Bajos protestantes se encontraron en la compañía de países puramente católicos donde en adelante se permitieron los actos homosexuales entre hombres adultos. En los demás países protestantes, especialmente en Prusia e Inglaterra, persistió la criminalidad. Así, a partir de 1805, en Inglaterra y Gales, otros 55 hombres fueron ahorcados por sodomía, antes de que en 1835 se sustituyera la pena de muerte por una pena de prisión. por este verso

No hay comentarios:

Publicar un comentario

Comentate algo, no seas amarrrrgo... y si comentás, no nos amargués :D